top of page

Geluidshinder - wat staat er in de wet?  (link  handhaving geluidsnormen)

Wetgeving geluidshinder

© 

In tegenstelling tot wat veel mensen denken is de wet heel duidelijk.

 

Indien u slachtoffer bent van geluidsoverlast, dan moet u niet bewijzen hoe groot die overlast is.

 

Alle activiteiten welke geluidsoverlast kunnen veroorzaken, zijn strafbaar.

Geluidsoverlast heeft verschillende gedaantes

Luister eens naar deze foltertoon waaraan een Gents gezin 4 jaar lang blootgesteld werd.

Tussen wet en ordehandhaving gaapt een dermate grote kloof dat wij beslist hebben om hier iets aan te doen. De manier waarop politiediensten en GAS-ambtenaren omgaan met geluidsoverlast maakt het voorwerp uit van permanente schendingen van art.561.

 

Inzake ordehandhaving in het algemeen is ook nog 422, 422 bis, 422 ter en 422 quater van het strafwetboek, van toepassing.  Wat staat er in die artikels en op welke manier wordt jouw dossier behandeld?

Geluidshinder.JPG

Politiediensten en milieudiensten durven wel eens vragen of ze binnen mogen in jouw woning ten einde vast te stellen, of de geluidsoverlast welke hoorbaar is op openbare plaatsen, ook in jouw woning hoorbaar is.

 

De vaststelling moet gebeuren met een decibel meter, en is onderworpen aan wettelijke bepalingen welke in de Vlarem wetgeving opgenomen zijn. 

Het is niet omdat een evenement voldoet aan de emissienorm dat het daarom voldoet aan de immissienorm. Voor meer info kan je surfen naar handhaving geluidsnormen.

Geluidsoverlast = onherstelbare gehoorschade

 

Neem kennis van de wet en ken je rechten. Download de richtlijn, druk ze af en leg ze voor aan de ordediensten. Vraag hen om de wet te respecteren. Wanneer dit geweigerd wordt stap dan met dit document naar het parket en leg een klacht neer met burgerlijke partijstelling

Inbreuken op art. 561 strafwetboek

                        

Artikel 561, 1° Strafwetboek stelt’ het zich schuldig maken van een nachtgerucht of nachtrumoer waardoor de rust van de inwoners kan verstoord worden’ strafbaar.

Het gaat hier over lawaai in de ruime zin van de betekenis. De aard van het lawaai is van geen belang. Evenmin is de wijze waarop het geluid wordt voortgebracht, van belang.

Enkel het nachtlawaai dat de rust van de inwoners verstoort of kan verstoren, is strafbaar. Het is voldoende dat het nachtlawaai de rust kan verstoren. Het is dus niet noodzakelijk dat de rust ook effectief verstoord werd. Het nachtlawaai is enkel strafbaar in bewoonde plaatsen of in de nabijheid ervan. De wettekst heeft het ook enkel over inwoners en dus niet over publiek of voorbijgangers, zodat de vaststellingen van de verbalisanten op straat niet dienstig zijn ter beoordeling van deze zaak. Het begrip ‘rust’ moet ruim geïnterpreteerd worden.

Enig opzet is niet vereist. Ook onopzettelijk voortgebracht nachtlawaai kan voldoende zijn om een inbreuk op artikel 561, 1° Strafwetboek op te leveren. Iedereen moet de gepaste maatregelen nemen om te beletten dat door zijn of haar schuld de nachtrust van de buurtbewoners verstoord wordt.
 

Inbreuken op art. 7 politiereglement

 

Artikel 7 Het is verboden, van 22.00 u tot 6.00 u ‘s morgens, nachtgerucht of nachtrumoer te veroorzaken, dat hoorbaar is op openbare plaatsen, waardoor de rust van de inwoners kan worden verstoord.

 

Inbreuken op art. 417 bis 3°

 

Voor de toepassing van deze afdeling wordt verstaan onder:

Foltering: elke opzettelijke onmenselijke behandeling die hevige pijn of ernstig en vreselijk lichamelijk of geestelijk lijden veroorzaakt;

Onmenselijke behandeling: elke behandeling waardoor een persoon opzettelijk ernstig geestelijk of lichamelijk leed wordt toegebracht, onder meer om van hem inlichtingen te verkrijgen of bekentenissen af te dwingen of om hem te straffen, of om druk op hem of op derden uit te oefenen, of hem of derden te intimideren;

Onterende behandeling: elke behandeling die in de ogen van het slachtoffer of van derden een ernstige krenking of aantasting van de menselijke waardigheid uitmaakt.

 

Foltering door geluidsgolven, onthouding van slaap, gebruik van geluid als wapen.

Santies waaronder ordehandhavers vallen welke hulp weigeren

Art. 422 bis. 

Met gevangenisstraf van acht dagen tot (een jaar) en met geldboete van vijftig [euro] tot vijfhonderd [euro] of met een van die straffen alleen wordt gestraft hij die verzuimt hulp te verlenen of te verschaffen aan iemand die in groot gevaar verkeert, hetzij hij zelf diens toestand heeft vastgesteld, hetzij die toestand hem is beschreven door degenen die zijn hulp inroepen.

 

Voor het misdrijf is vereist dat de verzuimer kon helpen zonder ernstig gevaar voor zichzelf of voor anderen. Heeft de verzuimer niet persoonlijk het gevaar vastgesteld waarin de hulpbehoevende verkeerde, dan kan hij niet worden gestraft, indien hij op grond van de omstandigheden waarin hij werd verzocht te helpen, kon geloven dat het verzoek niet ernstig was of dat er gevaar aan verbonden was.
 (De straf bedoeld in het eerste lid wordt op twee jaar gebracht indien de persoon die in groot gevaar verkeert, minderjarig is of een persoon is van wie de kwetsbare toestand ten gevolge van de leeftijd, zwangerschap, een ziekte dan wel een lichamelijk of geestelijk gebrek of onvolwaardigheid duidelijk was of de dader bekend was.)


Art. 422 ter.  

Met de straffen in het vorige artikel bepaald wordt gestraft hij die, hoewel hij in staat is het te doen zonder ernstig gevaar voor zichzelf of voor anderen, weigert of nalaat aan iemand die in gevaar verkeert, de hulp te bieden waartoe hij wettelijk wordt opgevorderd; hij die, hoewel daartoe in staat, weigert of nalaat het werk of de dienst te doen of de hulp te verlenen waartoe hij wordt opgevorderd bij ongeval, beroering, schipbreuk, overstroming, brand of andere rampen, evenals in geval van roverij, plundering, ontdekking op heterdaad, vervolging door het openbaar geroep of van gerechtelijke tenuitvoerlegging.


Art. 422 quater.

In de gevallen bepaald in de artikelen 422 bis en 422 ter kan het minimum van de bij die artikelen bepaalde correctionele straffen worden verdubbeld, wanneer een van de drijfveren van de misdaad of het wanbedrijf bestaat in de haat tegen, het misprijzen van of de vijandigheid tegen een persoon wegens diens zogenaamd ras, zijn huidskleur, zijn afkomst, zijn nationale of etnische afstamming, zijn nationaliteit, zijn geslacht, zijn seksuele geaardheid, zijn burgerlijke staat, zijn geboorte, zijn leeftijd, zijn fortuin, zijn geloof of levensbeschouwing, zijn huidige of toekomstige gezondheidstoestand, een handicap, zijn taal, zijn politieke overtuiging,  zijn syndicale overtuiging, een fysieke of genetische eigenschap of zijn sociale afkomst.

bottom of page